Reisverslag Afrika 2010
woensdag
14 juli 2010; dag 6, Meru dag 1
De wekker
gaat om 7.15 uur, maar Jan en ik zijn al wakker. Eerst nog even lekker douchen.
Dat zal de komende dagen er wel niet van komen. We gaan lekker ontbijten in de
Outpost Lodge. Om 8.50 komt onze gids Godfrey ons ophalen met een bus. Alles
gaat de bus in, waar ook de dragers en de algemene spullen al in zitten. Op pad
voor onze eerste beklimming!
|
Geert
en Mieke bij Ngongongare Gate met giraffen |
We rijden
eerst via een goede weg en slaan dan af een duidelijk mindere weg in richting
de toegangspoort voor Mount Meru. We stoppen bij Ngongongare Gate. Er moet
ingeschreven worden: alle paspoorten en andere paperassen in de aanslag. Maar
het blijkt niet nodg. We rijden door naar Momela Gate, waar we wel gaan
inschrijven. Terwijl we wachten zien we giraffen door het struikgewas lopen.
Vlak bij!
|
De spullen
worden uit- en ingepakt door
de dragers en de gids |
Bij Momela
Gate stappen we uit en gaan een lange tijd van wachten tegemoet. Er moeten
(zoals overal in Tanzania) allerlei formaliteiten vervuld worden. Allerlei
vergunningen moeten ingevuld worden en entry fees moeten betaald worden. In de
bomen naast de parkeerplaats zitten apen. Terwijl de kok, de gids en de dragers
de lunchpakketten klaar maken, zitten zij te wachten tot er iets overblijft.
|
Wachten
op de dingen die komen gaan J |
Langzamerhand
komen er meer mensen. We gaan nu naar een andere weide, vlak bij het kantoor en
gaan door met wachten. Om 12.35 uur gaan we eindelijk op pad. Er gaat een
gewapende ranger mee. We delen deze ranger met een Belgisch stel en 3
Australische meiden.
|
|
Het eerste deel net na de start is vlak |
Lunchen bij een beekje |
Het eerste
stukje is vlak en we zien buffels in de verte. Dan gaan we stevig omhoog. Het
is best warm. We gaan door bos, langs beekjes en oude lavastromen. De ranger en
gids Godfrey zeggen steeds dat het langzamer moet, maar daar trekken we ons
niet zo veel van aan. We lopen lekker.
|
|
Drink stop |
De vegetatie is uitbundig en zeer groen |
|
Het
interieur van onze kamer |
Om 15.35 uur
komen we bij de hut aan. Het is eigenlijk een huttencomplex. We krijgen een kom
warm water om ons op te frissen. De kleine kamer heeft twee stapelbedden. We
stouwen al onze spullen in het kleine hokje.
|
De
uitgebreide theetafel |
De gids nodigt
ons uit voor de thee in de hoofdhut: thee, melk, koffie, popcorn, koekjes,
geroosterde pinda’s en milo (een soort energiedrank). We zitten ook weer
wat te schrijven. We zitten binnen, maar ook daar wordt het snel kouder.
Ik ben niet
helemaal fit: rillerig. Dan komt er een grote groep Amerikaanse pubers binnen.
Het is alsof er een geluidsorkaan opsteekt: wat maken die koters een herrie!
|
Gids
Godfrey, de kok en een drager in
de keuken van de Miriakamba Hut |
In een aparte
hut is een keuken. Daar kunnen de koks van de verschillende groepen koken op
hun meegebrachte branders. Het is er een drukte van belang. Ook de dragers zijn
daar te vinden, want het is er door al dat koken ook lekker warm (en vochtig).
|
Ons diner
in Miriakamba Hut |
Dan gaan we
aan het “diner”: aardappelsoep, aardappels en een groenteprutje met
tomaten, een soort spinazie en een salade. We hebben gekozen om op de bergen vegetarisch
te eten, om het risico van darminfecties te verminderen. Het eten smaakt me
helemaal niet goed, maar dat ligt aan mij: de anderen eten er lekker van. Ik
voel me beroerd en opgeblazen. Ik denk terug aan mijn Nepalreis in 2008, waar
ik in Lower Pisang ook niet lekker werd. Dit is hetzelfde gevoel. Een bezoek
aan een hurktoilet lucht wel op.
Na het eten
gaan we nog wat kaarten. Dan nog even de dagboeken bijwerken en om 20.05 uur
(ja, ja vakantie J)
gaan we in onze bedjes.
mogelijk gemaakt door |
opgeslagen:
10-4-2011 22:18